Spoorgebruik wordt 12% duurder (en daardoor ook het treinkaartje)

De Nederlandse Spoorwegen en andere vervoerders moeten in 2023 gemiddeld 12 procent meer gebruiksvergoeding betalen voor het spoor. Deze kosten mag NS, samen met de verwachte inflatie, doorberekenen. Daardoor dreigt het treinkaartje volgend jaar 5 à 6 procent duurder te worden, concludeert Treinreiziger.nl. NS heeft de voorgenomen tariefsverhoging inmiddels aan consumentenorganisaties voorgelegd, maar wil deze nog niet openbaar maken.

Hogere gebruiksvergoeding

Spoorvervoerders betalen per trein een vergoeding aan ProRail om het spoor te mogen gebruiken. Dit leverde in 2021 circa 340 miljoen euro op. Doordat de kosten van de spoorbeheerder fors zijn toegenomen, wordt de vergoeding voor 2023 met 12 procent verhoogd. Als de gebruiksvergoeding harder stijgt dan de inflatie, dan mag NS deze apart doorberekenen in de tarieven.

Het wil overigens niet zeggen dat NS exact 12 procent meer gaat betalen. NS gaat immers minder treinen rijden. Daarnaast wijzigt de tariefstructuur van de gebruiksvergoeding. Dit staat weliswaar los van de hogere tarieven, maar zorgt er wel voor dat de specifieke gebruikskosten die een vervoerder maakt in 2023 aanzienlijk kunnen afwijken van 2022. Zo worden de kosten voor opstel- en rangeersporen vele malen hoger, en de gebruikersvergoeding daalt juist voor treinen op de spoorbaan. Vooral sommige goederenvervoerders gaan door de nieuwe tariefstructuur soms substantieel meer betalen. Zo laat DB Cargo Nederland in een magazine van FNV Spoor weten dat de kosten voor sommige sporen van het emplacement Venlo straks 546 procent omhoog gaan. Voor reizigersvervoerders is de nieuwe structuur vaak juist gunstiger.

Doorberekenen aan reizigers

Per saldo zullen vervoerders volgend jaar door de hogere gebruikersvergoeding naar schatting zo’n 40 miljoen meer betalen voor het Nederlandse spoor. Ter vergelijking: toen het kabinet Rutte I de gebruikstarieven aanpaste, stegen de kosten in 2015 met 50 miljoen euro.

Op het moment dat de gebruiksvergoeding stijgt, wordt ook het treinkaartje duurder. Zo kon NS in 2015 vanwege de hogere kosten de prijs van het treinkaartje met 2,3% verhogen. Het bedrijf koos destijds echter voor een stapsgewijze verhoging, verspreid over drie jaar (1% in 2014, 0,9% in 2015 en 1,0% in 2016).

Indexatie-gat

Welke impact de stijgende gebruiksvergoeding heeft op het treinkaartje wil NS niet zeggen. Het bedrijf wil zelfs niet bevestigen dat de hogere infraheffing zal worden doorberekend. Het spoorbedrijf lijkt echter weinig keus te hebben. Tot nu toe heeft NS vrijwel altijd de maximale tariefsverhoging die is toegestaan toegepast. Bovendien staat het spoorbedrijf er nu financieel slecht voor. De vervoerder mist nog altijd circa 18 procent van de reizigers. In de daluren zijn de meeste reizigers teruggekeerd, maar juist de goed betalende spitsreizigers zijn in mindere mate teruggekeerd.

Daarnaast zijn ook de kosten van NS hard gestegen. Voor 2022 werd de inflatie ingeschat op 1,8%, terwijl de werkelijke inflatie veel hoger is uitgekomen. “We hebben de tarieven met 1,8% verhoogd terwijl de daadwerkelijke inflatie rond de 12% zit” vertelt NS-woordvoerder Oscar van Elferen. Daardoor is er een ‘indexatie-gat’ ontstaan. Bij de halfjaarcijfers gaf de vervoerder aan dat dit om 5% gaat. Het indexatie-gat mag NS niet doorberekenen aan de reiziger. Maar het zorgt er wel voor dat het spoorbedrijf weinig andere keus heeft dan de ruimte die het wel heeft om de tarieven te verhogen, ook neemt.

Inflatie

Naast de duurdere gebruiksvergoeding mag NS de verwachte inflatie doorberekenen. Die is door het Centraal Plan Bureau voor 2023 ingeschat op 4,3 procent. Dat percentage mag het spoorbedrijf dus doorberekenen in het treinkaartje. Ook hier wil NS niet verklappen of het bedrijf dat van plan is. Wel bevestigt de NS-woordvoerder dat het best een lastige puzzel is. Van Elferen: “Aan de ene kant willen wij de trein zoveel mogelijk aantrekkelijk houden en aan de andere kant hebben ook wij te maken met de hoge inflatie en oplopende bedrijfskosten.”
Treinreiziger.nl constateert dat dit tot nu altijd is doorberekend, zelfs in financieel betere tijden.

In het verleden waren de adviesaanvragen over tariefswijzigingen altijd openbaar. De laatste jaren is daarin verandering gekomen en moeten de adviesaanvragen over de tarieven vertrouwelijk blijven. NS wil daarin ook nu niet afwijken. Van Elferen: “Het adviestraject is inderdaad in september gestart en is sinds enkele jaren vertrouwelijk. Dat doen we omdat we willen voorkomen dat er verschillende (concept)percentages en (concept)tarieven gaan circuleren. Dat maakt het er voor reizigers niet duidelijker op.”

Tarieven 2023

Treinreiziger.nl verwacht dat op basis van de verwachte inflatie en de hogere gebruikersvergoeding het treinkaartje volgend jaar 5 à 6 procent duurder zal worden. De nieuwe tarieven worden waarschijnlijk in oktober bekendgemaakt. In het verleden werden de tarieven vaak al in september of eerder gepresenteerd, maar sinds 2020 is dit gewijzigd. “Dat doen we omdat de onzekerheden in de wereld sinds de pandemie enorm zijn toegenomen en we daarom dichter tegen het einde van het jaar willen zitten als er meer duidelijkheid bestaat over hoe het aankomende jaar eruit zal zien” aldus de NS-woordvoerder.

Het kan overigens zijn dat specifieke tarieven meer zullen worden verhoogd. De prijzen van enkele reizen en tweede klas trajectabonnementen zijn beschermd, net als het NS-deel van de ov-kaart. Andere tarieven, zoals 1e klas vervoersbewijzen of Dal Vrij of Weekend Vrij abonnementen zijn niet beschermd. Hier mag NS zelf de prijzen bepalen en kan dus voor een hogere tariefswijziging kiezen.

Gerelateerde berichten

Ook NS ziet de kosten stijgen. Neem de loonkosten. Die zullen in 2023 gemiddeld circa 9,25 procent hoger uitvallen dan begin 2022. “Wij gaan niet onze prijzen met de cao-lonen verhogen” vertelde plaatsvervangend directeur Bert Groenewegen dinsdag in de Tweede Kamer. Dat mag het spoorbedrijf dus ook niet, omdat alleen de inflatie en de hogere gebruiksvergoeding mag worden doorberekend.
NS heeft in beperkte mate te maken met een hogere energierekening. NS heeft eind 2021 een nieuw contract met Eneco afgesloten. Toen al waren de energietarieven aan het stijgen, maar dat staat niet in verhouding met wat nu speelt. “Als we halverwege dit jaar onze energie opnieuw hadden moeten inkopen, tot het einde van de concessieperiode, waren we ruim 1,3 miljard meer kwijt geweest” vertelde Groenewegen in de Tweede Kamer.
Hij sprak van “uitdagende tijden” en “ingewikkeld, ook als je kijkt naar de kostenontwikkeling”. Doordat het spoorbedrijf ten opzichten van 2019 een behoorlijke besparing heeft doorgevoerd, verwacht de vervoerder – in combinatie met de beschikbaarheidsvergoeding – uit de kosten te komen. “Maar 2023 en 2024 worden hele moeilijke jaren, zeker als de reizigersontwikkeling tegen gaat vallen”.

This post was last modified on 28 september 2022 17:53

Share

Recent Posts

Koninklijk rijtuig overgedragen aan Spoorwegmuseum

Het Spoorwegmuseum is een bijzonder museumstuk rijker: vandaag werd het koninklijk rijtuig overgedragen aan het…

4 dagen terug

OVpay: vanaf nu mogelijk om met leeftijdskorting te reizen

Al een derde van de incidentele reizigers reist met OVpay, reizen met je betaalpas. Sinds…

4 dagen terug

Belgische reizigersorganisatie waarschuwt voor gevolgen snelle IC Brussel: ‘NMBS offert binnenlandse reiziger op’

Vanaf december is het mogelijk om 45 minuten sneller tussen Amsterdam en Brussel te treinen…

5 dagen terug

Reis goedkoper met de NS PrijsTijd Deal: tot wel 60% korting

Zonder abonnement tóch goedkoper reizen met NS. Dat kan met de NS PrijsTijd Deal. Wie…

5 dagen terug

Interrail geeft 20% korting op tickets geldig vanaf 1 september

Tot en met 18 juli krijg je 20% korting op alle Interrailtickets die geldig zijn…

5 dagen terug

Toeslag Intercity Direct met snelheid van streekbus moet weg, vindt Rover

Reizigersvereniging Rover noemt de nieuwe problemen op de hogesnelheidslijn "de zoveelste tegenslag" voor de reiziger.…

6 dagen terug